Wat is hoge bloeddruk
Het bloed wordt via het hart rondgepompt door het lichaam. Het hart maakt daarbij telkens een ‘knijpende’ beweging, waardoor aan de ene kant het bloed ‘aangezogen’ wordt naar het hart toe en aan de andere kant telkens weer de bloedvaten ingepompt wordt (zie ook werking van het hart). Dit pompen geeft een bepaalde druk in de bloedvaten en dat wordt de bloeddruk genoemd.
De bloeddruk wordt uitgedrukt in 2 getallen. De bovendruk (systolische druk) en de onderdruk (diastolische druk). De bovendruk is de druk wanneer het hart zich samentrekt en bloed de aders inpompt. De onderdruk is de druk in de aders als het hart zich ontspant en er bloed het hart instroomt. De hoogte van de bloeddruk is o.a. afhankelijk van de weerstand die het bloed in de aders (bloedvaten) ondervindt.
Van een verhoogde bloeddruk merk je zelf meestal niets. Het kan wel gemeten worden. Van verhoogde bloeddruk is meestal sprake als de bovendruk hoger is dan 140 (mmHg) en/of de onderdruk hoger dan 90 (mmHg). Voor mensen boven de 60 jaar zonder verhoogd risico wordt de grens van 160/90 mmHg gehanteerd. Het moet wel vaker gemeten worden, omdat de bloeddruk schommelt als gevolg van lichamelijke inspanning, lichaamshouding en (geestelijke) spanning.
De precieze grenzen zijn afhankelijk van leeftijd en lichamelijke conditie. Iemand van bijvoorbeeld 60 zonder hart- of vaatziekten, maar met diabetes of verhoogd cholesterol heeft meestal pas een verhoogde bloeddruk als de bovendruk hoger is dan 160.
Ontstaan van hoge bloeddruk
Vaak is er geen duidelijke lichamelijke oorzaak aan te wijzen voor de hoge bloeddruk. Wel is onderzocht dat bepaalde eet- en leefgewoonten een nadelige invloed op de bloeddruk kunnen hebben. Veel zoutgebruik, overgewicht, roken, weinig lichaamsbeweging, veel stress en overmatig alcoholgebruik zijn slecht voor de bloeddruk. Ook erfelijke factoren kunnen een rol spelen: als er in de familie hart- en vaatziekten voorkomen, loop je meer kans op hoge bloeddruk.